Risicobeoordeling
Een groot deel van onze werkzaamheden bestaat uit het uitvoeren van risicobeoordelingen. Ieder bedrijf moet namelijk van elke machine een risicobeoordeling kunnen overleggen. Deze eis is opgenomen in de Arbowet. Het opstellen van een risicobeoordeling is vaak een lastige en tijdrovende klus, waar bedrijven vaak de tijd of expertise niet voor hebben.
Bestaande machines
In Arbowet is opgenomen dat de werkgever in een risicobeoordeling vast moet leggen welke risico’s de arbeid voor de werknemers met zich brengt. Bij de risicobeoordeling die vanuit de Arbowet moet worden opgesteld dient in principe aandacht te hebben voor alle risico’s die binnen een bedrijf aanwezig zijn. Echter, deze risicobeoordeling is meer bedoelt om het algemene risicoprofiel in kaart te brengen. Om alle risico’s binnen een bedrijf te identificeren is het vaak nodig om verdiepende risicobeoordelingen uit te voeren. Zo kan het nodig zijn een verdiepende risicobeoordeling uit te voeren met betrekking tot het gebruik van gevaarlijke stoffen of explosiegevaar. Wanneer er binnen een bedrijf machines worden gebruikt, dient een verdiepende risicobeoordeling voor machines te worden uitgevoerd.
Een risicobeoordeling bestaat uit twee delen: de risico-inventarisatie en de risico-evaluatie (ook wel RI&E genoemd). In de meeste gevallen voeren wij in ieder geval het gedeelte risico-inventarisatie uit. Tijdens de risico-inventarisatie worden gevaren van de machine geïdentificeerd. Tijdens deze fase wordt de machine beoordeeld terwijl deze in bedrijf is en wordt er onder andere gesproken met operators en onderhoudspersoneel om zo een compleet mogelijk beeld van de gevaren van de machine te krijgen. Vervolgens worden de risico’s van de geïdentificeerde gevaren geschat en worden voorstellen voor de risicoreductie van de risico’s gegeven. Waar mogelijk wordt bij de reductievoorstellen verwezen naar (geharmoniseerde) Europese normen of, bij het ontbreken daarvan, naar Nederlandse of mondiale normen.
De resultaten van de risico-inventarisatie worden met de opdrachtgever gedeeld. Het is de taak van de opdrachtgever om de resultaten van de risico-inventarisatie te evalueren en waar nodig risicoreducerende maatregelen te nemen: de risico-evaluatie. Wij ondersteunen opdrachtergevers regelmatig bij het evalueren van de risico’s en geven advies over risicoreducerende maatregelen om zo tot een passende oplossing te komen.
Bij de risico-evaluatie moet rekening worden gehouden met de, in de Arbowet aangegeven, dwingende volgorde van risicoreductie:
1. Bronbestrijding;
2. Afscherming;
3. Informeren.
Risicoreductie door bronbestrijding is bij bestaande machines vaak niet mogelijk vanwege de hoge kosten of omdat er technisch geen geschikte oplossing voorhanden is. Bij bestaande machines zal in veel gevallen gebruik worden gemaakt van het afschermen van gevaren. Ook in dit geval kan het voorkomen het technisch niet mogelijk is om een afscherming te plaatsen omdat het niet werkbaar is of het een te grote kostenpost met zich meebrengt. Over alle gevaren die niet kunnen worden weggenomen of afgeschermd, dienen de gebruikers van de machine te worden geïnformeerd.
Het is van groot belang de risico-inventarisatie, de risico-evaluatie en de genomen risicoreducerende maatregelen goed te documenteren. Daarnaast is het belangrijk om te motiveren en vast te leggen waarom bepaalde keuzes zijn gemaakt, zeker als van de dwingende volgorde van risicoreductie wordt afgeweken.
Na het uitvoeren van de risico-evaluatie kan een plan van aanpak worden opgesteld waarin staat beschreven op welke wijze er risicoreductie zal worden gepleegd en binnen welk tijdsbestek.
Nieuwe machines
Voor nieuwe machines dient ook een risicobeoordeling te worden opgesteld. De verplichting voor het opstellen van deze risicobeoordeling komt niet uit de Arbowet, maar uit de Machinerichtlijn. Het opstellen van risicobeoordelingen voor nieuwe machines werkt dan ook iets anders dan bij bestaande machines. Het opstellen van de risicobeoordeling voor een nieuwe machines begint namelijk op het moment dat de machine wordt ontworpen. Bij het ontwerp en bouwen van de machine dient rekening worden gehouden met de resultaten van de risicobeoordeling.
Met behulp van de risicobeoordeling wordt nagegaan welke veiligheids- en gezondheidseisen uit de Machinerichtlijn op de machine van toepassing zijn. Vervolgens wordt vastgesteld welke gevaren door de machine kunnen worden veroorzaakt, wordt het risico bepaald en wordt van ieder risico beoordeeld of het nodig is risico reducerende maatregelen te nemen. Net als bij bestaande machines is er bij het plegen van risicoreductie sprake dwingende volgorde. De volgorde die is opgenomen in de Machinerichtlijn is gelijk aan die van de Arbowet.
1. Bronbestrijding;
2. Afscherming;
3. Informeren.
Bij nieuwe machines is het vaak wel mogelijk om gevaren bij de bron weg te nemen en te integreren in het ontwerp. Omdat er sprake is van een dwingende volgorde is het van belang zo vroeg mogelijk in het ontwerpproces van een machine de gevaren te identificeren. Hierbij is het van belang niet alleen het beoogde gebruik van de machine maar ook elk redelijkerwijs voorzienbare verkeerd gebruik voor ogen houden. Voor zover gevaren niet bij de bron kunnen worden weggenomen, dienen gevaar zoveel mogelijk te worden afgeschermd. Over alle gevaren die niet kunnen worden weggenomen of afgeschermd, dienen de gebruikers van de machine te worden geïnformeerd.
Het is van groot belang de risico-inventarisatie, de risico-evaluatie en de genomen risico reducerende maatregelen goed te documenteren. Daarnaast is het belangrijk om te motiveren en vast te leggen waarom bepaalde keuzes zijn gemaakt, zeker als van de dwingende volgorde van risicoreductie wordt afgeweken.
Bij het opstellen van risicobeoordelingen voor nieuwe machines zijn wij vaak betrokken bij zowel de risico-inventarisatie als de risico-evaluatie om zo samen met onze klanten er zorg voor te dragen dat alle risico’s tot een aanvaardbaar niveau worden teruggebracht en dat de machines voldoen aan de relevante eisen van de Machinerichtlijn.
Geharmoniseerde normen
Bij voorstellen voor risico reducerende maatregelen wordt door ons waar mogelijk verwezen naar (geharmoniseerde) Europese normen of, bij het ontbreken daarvan, naar Nederlandse of mondiale normen.
Voor nieuwe machines is het toepassen van onder de Machinerichtlijn geharmoniseerde normen de handige manier om aan de relevante eisen uit de Machinerichtlijn te voldoen. Door het volgen van geharmoniseerde normen wordt namelijk het vermoeden van overeenstemming verkregen met de eis uit de Machinerichtlijn waarop de norm betrekking heeft. Dit betekent dat er niet hoeft te worden aangetoond op welke wijze aan de eis is voldaan. Het volgen van deze normen is niet verplicht, maar deze normen geven wel het minimale niveau aan dat moet worden gehaald (de stand van de techniek). Indien er wordt gekozen om geen gebruik te maken van geharmoniseerde normen, dient te worden aangetoond op welke wijze minimaal hetzelfde niveau is behaald zoals beschreven in de geharmoniseerde normen.
Bij het plegen van risicoreductie bij bestaande machines is het van belang dat deze maatregelen voldoen aan de huidige stand van de techniek. De stand van de techniek staat beschreven in de geharmoniseerde normen. Deze normen worden regelmatig herzien. Dit heeft als gevolg dat maatregelen uit normen uit 1996 die destijds werden toegepast bij het CE-markeren van een machine, tegenwoordig niet meer als toereikend worden gezien. Het is daarom belangrijk om de gevaren van alle machines te identificeren, dus zowel van machines met als zonder CE-markering. Hierbij bij kunnen de eisen uit de geharmoniseerde normen als richtlijn dienen om gevaren te identificeren en risico’s vast te stellen. Door vervolgens de normen toe te passen bij het plegen van risicoreductie, kan er voor worden gezorgd dat machines aan de huidige stand van de techniek (blijven) voldoen.
Voor bepaalde onderdelen van machines kan de huidige stand van de techniek zoals beschreven in de normen een grote impact hebben. In de normen met betrekking tot veiligheidsfuncties van machines wordt tegenwoordig aangegeven dat componenten die deel uitmaken van een veiligheidsfunctie een maximale levensduur hebben van twintig jaar. Dit zou kunnen betekenen dat bij alle machines die voor 2000 zijn gebouwd alle componenten die deel uit maken van veiligheidsfuncties zouden moeten worden vervangen. Op basis van de risicobeoordeling zal moeten worden bepaald of dit nodig is.
EN-ISO 12100
Alle risicobeoordelingen die door Contris worden opgesteld, worden opgesteld op basis van de methode uit de norm EN-ISO 12100 (Veiligheid van machines – Algemene ontwerpbeginselen – Risicobeoordeling en risicoreductie). In deze norm wordt beschreven op welke wijze een risicobeoordeling uitgevoerd kan worden en welke aspecten hierbij belangrijk zijn. Ondanks dat deze norm in principe van toepassing is op nieuwe machines, is deze norm ook goed toepasbaar bij het opstellen van risicobeoordeling voor bestaande machines.
Sofware
Voor het uitvoeren van risicobeoordeling maken wij gebruik van zelfontwikkelde online software: ReduRisc. In deze software kunnen op efficiënte en gemakkelijke manier de resultaten van een risicobeoordeling worden vastgelegd. Het is mogelijk om gebruik te maken van deze software. Meer informatie hierover kunt u vinden op www.risicobeoordeling.eu.
Wij kunnen risicobeoordelingen voor u uitvoeren of u hierbij ondersteunen, zodat u in de toekomst in staat bent deze risicobeoordelingen zelfstandig uit te voeren. Wilt u meer weten over het uitvoeren van risicobeoordelingen van machines? Wij horen het graag.
Heeft u nog vragen over risicobeoordelingen?
Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen via onderstaande knop:
Contris Machineveiligheid
Goudsbloemweg 17
9765 HP Paterswolde
Telefoon: 050 – 707 8232
E-mail: info@contris.nl
Algemene voorwaarden
Privacyverklaring
KvK: 01138693
Dinsdag: 9:00 – 17:00
Woensdag: 9:00 – 17:00
Donderdag: 9:00 – 17:00
Vrijdag: 9:00 – 17:00
Copyright © 2021 Contris Machineveiligheid. Alle Rechten Voorbehouden | Realisatie website: De Design Factory